Het orgel

Het orgel in de Kruiskerk aan de Thorbeckelaan is gebouwd in 1963 door de Fa. Leeflang. Dit orgel heeft 18 stemmen, verdeeld over Hoofdwerk, Rugwerk en Pedaal.
Het is gebouwd volgens het in die tijd gebruikelijke ‘neo-barokke’ concept. Vanaf het begin van de 20e eeuw tot in de vijftiger jaren bouwde men zgn. romantische orgels. Deze instrumenten waren over het algemeen rond en warm van klank. Als reactie daarop ontstond een stroming waaruit dit orgel voortgekomen is.
Een neo-barok klinkt stralend en feestelijk.
Het begeleiden van de kerkdienst, waarvoor het orgel voornamelijk gebruikt wordt, is met een neo barok orgel echter verre van ideaal.

Vandaar dat in 2011 de firma van de Heuvel de opdracht heeft gekregen om het orgel meer draagkracht te geven, met andere woorden: grondtoniger te maken.
De mixtuur en de trompet zijn grondig aangepakt, de scherp en de tertiaan zijn verdwenen. Voor de laatste 2 zijn de nasard en de sesquialter in de plaats gekomen.

Verder is een aantal stemmen opnieuw geïntoneerd en is de winddruk van het pedaal verhoogd.

De tremulant, al jaren niet meer bruikbaar, is vernieuwd. Dit alles heeft geresulteerd in een orgel met stemmen die stuk voor stuk goed bruikbaar zijn. Ook de veelzijdigheid is hiermee toegenomen zodat ook een incidenteel concert met of zonder koor of met andere muziekinstrumenten zeker tot de mogelijkheden behoort.

Dispositie Leeflang (oorspronkelijk bouwjaar1963) na revisie:

Hoofdwerk (II)
Prestant 8′
Roerfluit 8′
Octaaf 4′
Gedekte Fluit 4′
Vlakfluit 2′
Mixtuur V sterk (1 1/3′) – 1963/2011
Trompet 8′ (horizontaal) – 1963/2011)

 

Pedaal
Bourdon 16′
Prestant 8′
Quintaaf II sterk (4′ + 2′) – combinatie van Quintadeen 4′ en Octaaf 2
Fagot 16′

 

Rugwerk (I)
Holpijp 8′
Prestant 4′
Koppelfluit 4′
Nasard 2 2/3′ – 2011
Octaaf 2′
Sesquialter I-II sterk (1 1/3′) – 2011
Dulciaan 8′
– Tremulant.


Koppelingen

Hoofdwerk – Rugwerk
Pedaal – Hoofdwerk (trede)
Pedaal – Rugwerk (trede)

Manuaalomvang: C-g”’
Pedaalomvang: C-f’